Longyearbyen (2)

We zijn weer terug in Longyearbyen. Schoon schip maken, het geweer terugbrengen, inkopen doen voor het volgende traject richting Jan Mayen en Groenland en de “socials” bijwerken. Waaronder het zeilersforum. De eerdere “text only messages” via de Iridium sateliet kan ik dankzij het beschikbare Internet in Longyearbyen nu ook voorzien van foto’s.

Na 3 weken uit de bewoonde wereld te zijn geweest lijkt het wel, hoe gek dat ook klinkt, een beetje als thuiskomen.

Ik was er nog niet eerder aan toegekomen om iets over Longyearbyen te schrijven. Het ligt aan de Zuidwestelijk gelegen Adventfjorden en is het administratieve centrum en hoofdstad van Spitsbergen. Dit fjord is weer een zijtak van de Isfjorden, een grote en wijde fjord die zich in alle richtingen verder uitstrekt in kleinere fjorden. Dit hele fjordengebied bewaart Svalbard’s belangrijkste historische en culturele overblijfselen. De oudste resten van menselijke activiteit zijn afkomstig van de walvisjagers uit de 17e en 18e eeuw.

Mijnbouw en in het bijzonder de steenkolenwinning was de reden dat op de huidige locatie van Longyearbyen door de Arctic Coal Company of Boston  in 1906 een mijnbouwstadje werd gesticht. De Amerikaanse zakenman Longyear zag de commerciele mogelijkheden er van en had de intentie om na de succesvolle up-and-running faciliteit het bedrijf weer te verkopen. 10 jaar na de oprichting werd de gehel locatie overgenomen door de Store Norske Spitsbergen Kulkampini AS (SNSK). De Noren hebben zowel de producie van de mijn, de infra structuur en de huisvesting door de jaren heen belangrijk uitgebreid.

Al de 19e eeuw was sprake van enig tourisme. Vanaag de dag is dat, na het afbouwen van de mijnbouwactiviteiten, een belangrijke bron van inkomsten geworden. Belangrijke ontwikkelingen die het tourisme hebben bevorderd zijn de bouw van het vliegveld in 1975, de reorganisatie van de SNSK in het reisburau Spitsbergen Travel en de opening van het Svalbard Polar Hotel in 1995. De toersiten industrie is belangrijk geworden voor het in stand houden van een moderne stad en is de basis voor de vele winkels, hotels, restaurants, culturele activiteiten of het begeleiden van hikes, sightseeing tours en bezoeken aan de naburige gletsjers. Met hondensleeen, paarden, ski’s, snelle RIB’s, ferry boten of sneeuwscooters, alles staat de avontuurlijk ingestelde toerist ter beschikking.

Een andere economische pijler is het wetenschappelijk onderzoek. Het vliegveld, de haven en andere logistieke dienstverleningen hebben Longyearbyen aantrekkelijk gemaakt voor zowel Noorse wetenschappers als internationale onderzoek in de Arctic. De universiteit van Svalbard heeft voor haar internationale studenten vier opleidings- en onderzoek richtingen, Arctic Biology, Arctic Geology, Arctic Geophysics en Arctic Technology.

In lijn met de Svalbard Treaty wordt het wereld’s grootste commerciële download station voor sateliet data, bovenop de top van de Platåberget, te herkennen aan 31 grote witte antenne bollen, alleen gebruikt voor civiele doeleinden. Op een positie van 78 graden Noord dekt het alle 14 orbits dat een pool satteliet gedurende 24 uur maakt.

The Svalbard Treaty oftewel het Spitsbergenverdrag is een internationaal verdrag uit 1920.

Nadat de walvissen in de 17e en 18e eeuw waren uitgemoord verloren de landen hun interesse in Spitsbergen. De eilanden zelf gaan een nieuw jachtgebied vormen, nu voor jagers die zich vooral richten op rendieren en ijsberen. De jacht is vooral het terrein van eenlingen, vooral uit Noorwegen en Rusland, en heeft ook niet dezelfde dramatische gevolgen als de walvisjacht. De jagers opereren op eigen houtje en hebben weinig behoefte aan enige vorm van bestuur.

Aan het einde van de 19e eeuw groeit de interesse in de poolgebieden, dus ook in Spitsbergen. Dan blijkt al snel dat Spitsbergen rijke steenkoolvoorraden heeft. Deze ontdekking leidt al snel tot een bescheiden variant van “De Goudkoorts”. Landen en bedrijven claimen grote delen van Spitsbergen om daar mijnbouw te kunnen plegen. Het ontbreken van een effectief bestuur begint dan een probleem te worden.

Daarom wordt in 1920 door 9 landen, waaronder Nederland, het Spitsbergenverdrag ondertekend. Het toezicht op de naleving van dit verdrag wordt onder voorwaarden aan Noorwegen toegekend. Zo moet Noorwegen inwoners van de landen die het verdrag ondertekenden de vrijheid laten economisch actief te zijn op Spitsbergen en de omringende zeegebieden. De eilandengroep mag bovendien niet / beperkt gebruikt worden voor militaire doeleinden en Noorwegen mag maar beperkt belastingen heffen. Nadien hebben zich nog 30 andere landen bij het verdrag aangesloten.

Tot dusver oefenen alleen Noorwegen en Rusland daadwerkelijk hun recht uit.

One Response to Longyearbyen (2)

  1. OldBawley says:

    Wat prachtig dat het jacht dat ik goed gekend heb een waardige bnieuwe eigenaar heeft.

Leave a comment